Genesis 37-50 (in vogelvlucht)
Vandaag gaat het over de geschiedenis van Jozef, de zoon van Jakob in het Oude Testament. Voor veel archeologen een verhaal, dat totaal niet past in wat zij weten oveer deze periode. Zij kunnen geen aanwijzingen van zijn bestaan vinden. Toch is het belangrijk om te weten dat er wel degelijk aanwijzingen zijn - en niet de minste - datg dit verhaal zich werkelijk heeft afgespeeld in Egypte. Je moet wel even iets verder kijken - en gelukkig zijn er archelogen die niet blindvaren op de gebruikelijke dateringen van de aardlagen, maar iets dieper graven. En ze ontdekten, dat de stad waar de Israëlieten woonden (Genesis 47:11) in de tijd waarin Genesis opgeschreven werd Rameses genoemd werd. Maar onder de resten van Rameses ligt nog een oudere stad. En die draagt wel degelijk sporen die er op wijzen dat er een semitische (Israëlische) bevolking gewoond heeft.
Over die bevolking gaat het in het bijbelverhaal over Jozef, de dromer. De lievelingszoon van Jakob die door zijn broers als slaaf naar Egypte verkocht werd, daar in de gevangenis belandde, maar het uiteindelijk bracht tot onderkoning in Egypte, die de redding werd voor de Egyptenaren en zijn familie en vele andere volken in de tijd van zeven jaren hongersnood over het hele Midden-Oosten.
Deze Jozef lijkt in veel opzichten op Jezus. In een boeiend relaas neemt Jan Heijnen je mee in die geschiedeinis en daagt hij je uit om zelf die prachtige bijbelverhalen te gaan lezen en Jezus te ontdekken.