In het vroege voorjaar, bij het begin van de gerstoogst, vierden de Joden Pesach. Feitelijk was het een feestweek met 3 door God voorgeschreven feesten: Pesach, het Feest van het ongedesemde brood (brood dat niet door desem of gist is gerezen) en het Feest van de Eerstelingen. In het licht van het Nieuwe Testament krijgen deze feesten een geweldige betekenis voor ons.
In de week van Pesach was er een speciale ceremonie, die ook wel aangeduid wordt als Jom Habikkurum, het Feest van de eerstelingen. Er staat niet bij op welke datum het gevierd werd, maar wel op welke dag van de week: ‘de dag na de sabbat’. De sabbat is onze zaterdag. Het feest van de eerstelingen viel dus altijd op een zondag: de eerste zondag na de Pesach-maaltijd en na het begin van het Feest van het ongedesemde brood. Op die dag werd de eerste rijpe garf (schoof) van de gerstoogst aangeboden aan God. De Joden beseften dat zij wel konden ploegen en zaaien, maar dat God de groei van het gewas mogelijk maakte.
In het Nieuwe Testament wordt Jezus aangeduid als ‘de eersteling’ of ‘de eerste vrucht van de oogst’. Daarmee wordt natuurlijk verwezen naar het ‘Feest van de eerstelingen’, dat de oogsttijd bij Israël inluidde. Bij het begin van het voorjaar de gerstoogst, gevolgd door de tarweoogst bij het begin van de zomer en de druivenoogst bij het invallen van de herfst.
Want zoals alle mensen door hun verbondenheid met Adam sterven, zo zullen ook allen door hun verbondenheid met Christus herleven. Maar ieder op de voor hem bepaalde tijd; Christus als de eerste vrucht van de oogst (als eersteling, NBG), en dan bij zijn komst al zijn volgelingen (1 Korintiërs 15:22,23 GNB).
Zoals het Joodse feest gevierd werd op de eerste dag na Pesach, zo stond Jezus op de zondag nadat hij als het ware paaslam stierf op uit de dood op de eerste dag van de week.
Jezus' dood en opstanding houden een belofte in voor allen die hem volgen. Jezus zinspeelde daarop toen hij zichzelf vergeleek met een graankorrel die gezaaid moet worden, om in de aarde te vergaan en vervolgens veel vrucht voort te brengen:
Ik verzeker u: als een graankorrel niet in de aarde valt en sterft, blijft hij slechts één graankorrel. Maar als hij sterft, brengt hij veel vrucht voort(Johannes 12:24).
Dit houdt de belofte van eeuwig leven in – een belofte waaraan God de Israëlieten al eeuwenlang herinnerde, telkens als zij het ‘feest van de eersteling’ vierden. Het leven zal overwinnen! Die belofte gaat ten volle in vervulling bij de terugkeer van Jezus. Maar we lezen ook, dat de kracht die Jezus opwekte uit de dood en deed zitten aan Gods rechterhand, ook in ons werkt ook in ons werkt! Verlang jij er ook zo naar om nu al de kracht van Jezus' opstanding te ervaren?
Deze miniserie over het Joodse Paasfeest bestaat uit drie delen:
Tekst: Roeland Klein Haneveld